Buitenspeeltips | Buitenbende - DreamLand

Buitenspeeltips

Meer buitenspeelplezier met de tips van de Buitenbende!

Iene, miene, mutte… Weet je al waarmee dat je gaat spelen vandaag? Schommel, fiets of trampoline? Fijn, je zal je zeker niet vervelen.

Maar… Je kan er nog zoveel meer speelavonturen mee beleven! Met de tips van de Buitenbende maak je er vast nóg een groter speelfeest van. En gebruik gerust je eigen fantasie om er helemaal jouw spel van te maken. Veel speelplezier!

Hangjongere
Schommels

Schommelfrisbee

  • Zet een emmer op een paar meter afstand van je schommel.
  • Mik de frisbee al schommelend in de emmer.
  • Iedereen schommelt tot hij 5x heeft gescoord.
  • De winnaar is wie het minst aantal pogingen nodig had.

Schommelbasket

  • Zoek een doos of een emmer als basketring
  • Doe er wat stenen in tegen het omvallen
  • Zet je basketring op 2 meter van de schommel
  • Klem een bal tussen je voeten en schommel
  • Mik al schommelend de bal met je voeten in de ring

Klimrek-belleke trek

  • Hang bovenaan het klimrek een belletje met een kort touwtje aan.
  • Trek 5 meter voor het klimrek een streep.
  • Vertrek op handen en voeten naar het klimrek.
  • Trek met je tanden aan het touwtje tot het belletje rinkelt.
  • De winnaar is wie het minste tijd nodig heeft.

Touwladderslalom

  • Ga zitten op de laagste sport van de touwladder
  • Kruip door het touwladdergat erboven
  • Klim zo in een slalom naar de top
  • Boven wissel je van kant
  • Klauter op dezelfde manier weer naar beneden

Touwladdersjotten

  • Zoek 3 dozen van verschillende groottes
  • Zet ze op 3 meter van de touwladder op een rij met de opening naar je toe
  • Leg de bal op de grond voor de touwladder
  • Klim op je touwladder en trap de bal al schommelend in een doos
  • De kleinste doos scoort 3 punten, de middelste 2 en de grootste 1 punt
  • De winnaar is wie het meeste punten heeft na 5 pogingen

Schommelsieren

  • Verzamel allerlei kleurrijk materiaal om te versieren
  • Denk aan lintjes, touw, plakband, repen stof, bloemetjes, doeken, ballonnen, …
  • Versier je schommel naar je eigen smaak en in je favoriete kleuren
  • Geef je schommel een naam, schrijf die op een bordje en hang het aan je schommel
  • Je schommel is nu omgetoverd tot een echte schoonheid

Schommeltentenkamp

  • Zoek twee oude lakens, 4 touwtjes en enkele stenen
  • Knoop met het touw twee hoeken van elk laken aan de schommel
  • Trek de lakens strak op de grond en leg er wat stenen op
  • Je schommel is nu een gezellig speeltentje

Kopman
Glijbanen

Glijdend tapijt

  • Zoek een klein tapijt, een handdoekje of een dekentje
  • Schuif het onder je zitvlak en lanceer jezelf
  • Zo snel gleed je nog nooit naar beneden!
  • Heb je het glijbaanrecord kunnen breken?

Figuurglijden: enkele van 1001 variaties

  • Voorwaarts zittend
  • Voorwaarts op je knieën
  • Voorwaarts op je hurken
  • Voorwaarts op je rug
  • Voorwaarts op je buik
  • Achterwaarts zittend
  • Achterwaarts op je buik
  • Achterwaarts op je rug
  • Knielend op 1 knie
  • In kleermakerszit
  • Bukkend op handen en voeten
  • Op je zij

Achtbaanglijden

  • Ga met enkele vriendjes dicht achter elkaar boven op de glijbaan zitten
  • Gebruik jullie gezamenlijke kracht voor een vliegende start
  • Steek jullie handen in de lucht zoals op een rollercoaster
  • Maak er geluiden bij zoals in een echte pretparkattractie

Glijbaansurfen

  • Warm weer? Maak bovenaan je glijbaan de tuinslang vast
  • Zet onderaan je glijbaan een grote kom of een laag badje
  • Draai de kraan open en creëer je eigen wildwaterglijbaan
  • Laat jezelf in je coolste pose omlaag drijven
  • Beneden kan je na je surfprestatie meteen pootje baden!

Glijden zonder grenzen

  • Bouw rond je glijbaan een glijspellenparcours met:
    • Zeeptwister: speel Twister op een ingezeepte Twistermat
    • Zwembandsleeën: Glij op een zwemband over een ingezeept nat plastic zeil
    • Stokkensurfen: Glij met een ovalen (surf)plankje of skateboardplank zonder wieltjes over 5 ronde dunne stokken. Om verder te kunnen glijden moet je stokken van achter je terug voor de plank leggen.

Waterrat
Zwembaden & waterspeelgoed

Schattenduik

  • Zoek wat schatten bij elkaar die een beetje gewicht hebben en tegen water kunnen: mooie stenen, petanqueballen, oude munten.
  • Strooi alle schatten kris kras in het plons- of zwembad.
  • Probeer al snorkelend of duikend zo snel mogelijk alle schatten te veroveren.
  • Wedstrijdje? Je kan ook een fluitje op de bodem laten zakken. Wie het eerst fluit, wint!

Waterduel

  • Organiseer een echt waterpistoolgevecht tussen twee spelers of kampen.
  • Plaats op ieders hoofd een appel.
  • En … schieten maar.

Waterjager

  • Iedereen gaat in het zwembad op een rij naast elkaar staan.
  • Elke deelnemer op één na heeft een bal.
  • Een jager gaat 2 meter voor de rij staan.
  • De jager draait zich om terwijl de anderen op hun bal gaan zitten.
  • Na 3 tellen draait de jager zich weer om en raadt wie er niet op een bal zit.
  • Lukt dit, dan wordt die deelnemer de nieuwe jager.

Bekermatch

  • Zet met water gevulde emmers aan de ene kant, lege aan de andere.
  • Op het startsein vult elke speler zijn bekertje.
  • Iedereen zet het bekertje op zijn hoofd en legt een hindernisparcours af.
  • Het bekertje mag eventueel met één hand worden vastgehouden.
  • De bekerwinnaar is wie het meeste water in de lege emmer krijgt.

Loltrapper
Fietsen, steps & boards

Fietssymfonie

  • Verzamel wat speelkaarten, wasknijpers, touw en een kattenbelletje
  • Klem de speelkaarten met de wasknijpers op de voor- en achtervork van je fiets
  • De speelkaarten moeten naar voren steken en tegen de spaken komen
  • Bind het kattenbelletje vast aan een spaak van je voorwiel
  • Nu hoort iedereen je als je rondfietst!

Fietswash

  • Maak van je schommel of de wasdraad in je tuin een fietswash
  • Hang er lange slierten stof en touwtjes met sponzen aan op
  • Bind bovenaan een tuinslang vast en zet die op sproeistand
  • Zet beneden een tuinsproeier
  • Geen tuinslang of -sproeier? Een gietertje water aan een stevig touw werkt ook!
  • En nu maar fietswashen! Je fiets poetsen was nog nooit zo leuk...

Fietssteekspel

  • Vul enkele ballonnen met water
  • Hang ze met wat touw aan je schommel, de wasdraad of een tak
  • Bind een satéstokje aan het uiteinde van een lange stok of bezemsteel
  • Geef je stalen fietsros de sporen en steek met je lans de ballonnen stuk

Fietspolo

  • Zoek een oude paraplu met gebogen handvat en een tennisbal
  • Doe wat touw of plakband rond de paraplu zodat die niet openspringt
  • Maak met stevige draad enkele poortjes en steek ze in de grond
  • Sla al fietsend met je polostick de tennisbal door de poortjes

Fietsfitness

  • Verzamel enkele vriendjes voor een leuke les fietsfitness
  • Om de beurt is iedereen 5 minuutjes fitnessleraar
  • De fitnessleraar fietst voorop, de anderen volgen
  • De fitnessleraar toont de oefeningen die iedereen moet doen
  • Oefeningen: een arm, een been of beide benen uitsteken, recht op de pedalen staan, naar voren buigen, …

Fietsfantasietjes

  • Fietswip: Leg een lange plank als een brug over een ronde stok
  • Reuzeslalom: Steek wat stokken in de grond (of een emmertje zand) op een halve meter afstand van elkaar en slalom er met je fiets tussen
  • Fietszeilen: Fiets met de wind in je rug en steek een open paraplu voor je uit als zeil om extra snel te gaan.

Slangensteppen

  • Hoe leer je korte, scherpe bochten steppen?
  • Krijt op een groot stuk asfalt een grote boog of een ronde lus zoals een atletiekpiste: twee bogen verbonden door lange rechte stukken.
  • Step voldoende snel naar het beginpunt van de boog.
  • Zet aan het begin je twee voeten op de voetenplank en verlaag je zwaartepunt door te hurken.
  • Probeer binnen de boog te blijven, door te sturen en door ‘in de bocht’ te hangen. Oefen enkele keren met een grote boog en niet te snel.
  • Drijf beetje bij beetje je snelheid op en ga dieper en schuiner in de bocht hangen.
  • Nu kan je kleinere bochten tekenen of bochten in de vorm van een grote slang.

Stepstunt 1: Konijnensprong

  • Sta met je twee voeten achter elkaar op de voetenplank en vertrek.
  • Je hoeft niet heel snel te gaan.
  • Als je traag gaat, moet je na je sprong ofwel doorsteppen ofwel helemaal stoppen en afstappen. Door je sprong verlies je snelheid waardoor kan je omvallen.
  • Voer nu twee bewegingen tegelijkertijd uit: maak met je beide benen een hurksprongetje, en trek op hetzelfde moment je step met je handen omhoog aan het stuur.
  • Voelde je je plank aan je voeten ‘kleven’?

Stepstunt 2: De 180 (one-eighty)

  • Dit is een konijnensprong met wat extra: nu maak je een bocht van 180° (vandaar de naam).
  • Met de 180 kun je snel van richting veranderen. Maar let op, doe het niet té snel.
  • Begin te steppen en ga door je knieën om een krachtige konijnensprong te maken.
  • Zet je twee voeten naast elkaar op de plank, licht diagonaal, met de tippen in de draairichting.
  • Draai bij het begin van de sprong je stuur naar binnen, en duw tegelijkertijd met je voeten de voetenplank naar buiten. Belangrijk is dat je voeten contact houden met de plank!
  • De draaikracht komt vooral uit je romp, je voeten en je step volgen.

Kampioen
Voetbal & balspellen

Vijfvoetbal

  • Verdeel alle spelers in 2 teams.
  • Elke team probeert 5 passen (voet, knie, hoofd) naar elkaar te geven met de bal zonder dat die op de grond valt.
  • Voor elke 5 passen binnen één team krijg die 1 punt.
  • Valt de bal op de grond, dan speelt het andere team.
  • Je behoudt je punten, maar het tellen van de passen begint telkens terug van nul.
  • Het team met de meeste punten wint.

Krabpartijtje

  • Verdeel alle spelers in 2 teams en maak twee doelen.
  • Elk team kiest een doel.
  • Alle spelers zetten zich in krabpositie (op handen en voeten met de buik omhoog).
  • Elke speler mag zich alleen in de krabhouding voortbewegen.
  • De bedoeling is goals te scoren door de bal in het doel van de tegenstander te trappen.
  • De bal mag niet met de handen worden aangeraakt.

Chinees sjotten

  • Alle spelers staan in een kring met hun gezicht naar binnen.
  • Iedereen spreidt de benen zo dat elke voet raakt aan de voet van de speler er naast.
  • Probeer met je vuisten de bal binnen de kring door iemands benen te kloppen.
  • Als de bal door iemands benen gaat (die van je buren mag niet!) dan mag die maar met één hand verder spelen.
  • Gaat de volgende keer de bal opnieuw tussen z’n benen, dan moet hij zich omkeren en mag hij weer met 2 handen spelen.
  • Wordt er opnieuw tegen hem gescoord, dan speelt hij weer verder met 1 hand.
  • De 4e keer moet hij 5 rondjes rond de groep lopen voordat hij weer mag meedoen.

Flessenmatch

  • Vul zoveel grote plastic flessen met water als er spelers zijn.
  • Trek op elke fles met een viltstift een streep op dezelfde hoogte (ongeveer 10 cm van de bodem).
  • Iedereen neemt een fles en zet die zonder dop ergens op de grond.
  • Elke speler verdedigt zijn fles en tracht de bal te veroveren.
  • Het doel is de bal tegen de andere flessen te trappen en die leeg te laten lopen.
  • Elke speler mag zijn fles wel meteen terug rechtzetten.
  • Is het waterpeil in iemands fles onder de streep, dan valt die af.
  • Wie als laatste overblijft, is de winnaar!

Rare Vogel
Trampolines

Trampobasket

  • Zoek een bal en een emmer
  • Leg de bal op de trampoline
  • Hou de emmer met twee handen voor je buik
  • Spring op de trampoline zodat de bal omhoog vliegt
  • Vang de bal op met de emmer

Trampovoetbadje

  • Verzamel 30 ballonnen, 3 x 10 stuks van eenzelfde kleur
  • Vul ze met water en knoop ze dicht
  • Leg ze allemaal kriskras op de trampoline
  • Speel het spel met 3 springers en kies elk een kleur
  • Wie het eerst alle ballonnen van zijn kleur stuk springt, die wint

Trampotruc 1: Billenzit

  • De Billenzit kent en kan iedereen
  • Spring enkele keren omhoog
  • Land op je zitvlak en kom zittend recht
  • Begin met je benen gestrekt te houden
  • Probeer ook eens kleermakerszit

Trampotruc 3: Kniehandstand

  • Doe eerst de Kniezit
  • Kantel naar voor en strek je armen
  • Maak een soort handstand
  • Zorg dat je rug goed recht is en aangespannen
  • Kom knielend terug recht

Trampotruc 5: Kniesalto

  • De Kniezitsalto is een gewone salto op je knieën
  • Hij is minder eng omdat je dichter bij de trampoline blijft
  • Zit op je knieën en maak een koprol
  • Gelukt. Probeer nu de Kniezit met meteen erna een koprol
  • Spring telkens ietsje hoger en leun iets minder op je handen
  • Uiteindelijk zal je een salto lukken

Trampotikkertje

  • De 'tikker' heeft een blinddoek om en ligt in het midden van de trampoline
  • De andere springers jumpen rond en over de tikker
  • De tikker moet voelen en horen waar de springers zich bevinden
  • Al rollend van links naar rechts tracht de tikker een springer aan te tikken
  • De springer die aangetikt wordt, neemt de plaats in van de tikker

Zakspringkoers

  • Zoek 2 grote stevige plastic of juten zakken
  • De zakspringers staan elk in een zak en houden die stevig vast
  • Op de rand van de trampoline stellen beide spelers zich tegenover elkaar
  • Tel samen van 3 tot 0 en start met achter elkaar aan te zakspringen
  • Wie de andere inhaalt en kan aantikken, wint

Trampotruc 2: Kniezit

  • Spring omhoog
  • Laat je op je knieën vallen
  • Zorg dat je rug goed recht is en aangespannen
  • Kom knielend terug recht

Trampotruc 4: Rugjump

  • Spring omhoog
  • Maak een landing op je rug
  • Hou je benen ingetrokken
  • Probeer terug op te staan
  • Zoek zelf variaties

Fiere Gieter
Tuinieren & dierenplezier

Je eigen megamoestuintje

  • Zoek een plekje met veel zon, weinig wind en een vruchtbare bodem.
  • Kijk op de zaaikalender.
  • Koop zaadjes van je favoriete groentjes.
  • Maak de grond zacht door hem om te spitten en los te schoffelen.
  • Nu kun je de zaadjes zaaien.
  • Onderhoud je tuintje door onkruid te wieden en (veel) water te geven.
  • Je laatste (en leukste) taak: je groentjes oogsten en lekker opeten!

Tuiniertip

Weinig plaats? Koop een kant-en-klare vierkante meter-moestuin! Die vind je bij DreamLand.

Zalig, zo’n zelfgemaakt tuinvijvertje!

  • Plaats bij je tuintje een grote teil of een ton.
  • Leg wat kiezeltjes op de bodem.
  • Maak met stenen een trapje langs de rand.
  • Vul je vijver met regenwater.
  • Zet er enkele zuurstofplantjes in.
  • Geniet van dit broeinest van leven: kikkers, libellen, vogels …

Straatartiest
Straatspelen

Straatgolfje

  • Gebruik als golfstick een oude lange paraplu met gebogen handvat, een halflange borstel of gewoon een dunne plank.
  • Een tennisbal kan dienen als golfbal.
  • Maak met een 5-tal leuke hindernissen een verrassend minigolfparcours:
    • Een plastic buis of kartonnen koker van 1 m lang en 10 cm doorsnee.
    • Een groot conservenblik half gevuld met zand en met een dun plankje er tegen als een brug.
    • Vul een groot aluminium ovenschaaltje met zand en leg er een triplex plankje tegenaan als helling. De tennisbal moet in het schaaltje belanden.
    • Vul een groot aluminium ovenschaaltje met water en leg er een triplex plankje tegenaan als helling. Zet achter het schaaltje een leeg stenen kommetje waarin de bal moet belanden.
    • Maak aan beide zijden van een kartonnen doos een ronde opening zodat je een tunnel krijgt waar je de bal moet door spelen.
  • Elke speler tracht in zo weinig mogelijk beurten het hele parcours te spelen.

Buurtbowling

  • Vul 10 petflessen met zand of water.
  • Zet ze op 4 rijen in een driehoekpatroon op de grond zoals op een echte bowlingbaan: 1 fles in het midden van de eerste rij, 2 op de tweede rij, 3 op de derde rij en 4 op de laatste rij.
  • Trek een lijn op 3 meter afstand van de eerste fles.
  • Elke speler krijgt 2 beurten om de flessen met een bal om te gooien of te trappen.

Reuzemikado

  • Verzamel een 10-tal stokken van dezelfde lengte en dikte.
  • De eerste speler neemt de stokken met beide handen, zet ze rechtop en laat ze uit elkaar vallen.
  • Elke speler probeert een ‘mikado’ weg te nemen zonder dat de andere bewegen.
  • Is er een mikado van plaats veranderd, dan gaat de beurt naar de volgende speler.

Straatrekkertje

  • Zoek een lange elastiek van ± 4 m lang en een halve cm dik.
  • Twee kinderen staan in spreidstand met het elastiek om hun onderbenen in de vorm van een rechthoek.
  • Geen vriendjes in de buurt? Gebruik twee stoelen!
  • Ga in de rechthoek staan en probeer verschillende sprongen te maken:
    • Spring met gesloten benen omhoog en land met gespreide benen buiten de rechthoek.
    • Land met de twee voeten samen rechts of links van de rechthoek.
    • Land met de twee voeten op het elastiek.
    • Probeer eens in de lucht te draaien als je springt.
  • Speel je met meerderen? Dan doet één iemand een sprong voor en probeert de rest dit na te doen. Lukt het goed? Schuif het elastiek wat hoger en probeer het opnieuw.

Muurbal

  • Zoek een muur waar je een bal tegen mag gooien of trappen.
  • Je kan de bal met de handen kaatsen (met beide handen, met rechts en met links) of met de voet trappen (wissel links en rechts af).
  • Je kunt dit alleen spelen of met twee. Dan speel je om de beurt.
  • Tel hoe dikwijls je de muur kan raken zonder dat de bal valt.
  • Gebruik ballen van verschillende groottes.
  • Kan je het beter met een voetbal of met een tennisbal?

Hindernishinkelen

  • Teken met stoepkrijt een hinkspelrooster op de grond.
  • Teken sommige vakken los als ‘eilanden’. Zo moet de springer verder springen. (De sprong moet wel te doen zijn!)
  • Zoek een platte steen en begin te spelen.
  • Gooi de steen op één vak van de hinkelbaan.
  • Dit vak moet je overslaan bij het hinkelen!
  • Bedenk zelf nieuwe regels: bijvoorbeeld opnieuw beginnen als je op een lijn springt.
  • Of teken twee hinkelbanen naast elkaar en maak er een wedstrijd snelhinkelen van.